Harley-Davidson XR1200 2008 testverslag
Harley-Davidson en de racerij; neen, deze combinatie lijkt op het eerste gezicht niet voor de hand te liggen. De geschiedenisboeken vermelden echter wapenfeiten waar niemand omheen kan: Harley-Davidson heeft echt wel een lang en succesvol raceverleden. Eén van de motoren waarmee veel races werden gewonnen was de XR750, een dirt track racer met zowel inspirerende lijnen als prestaties.Aan het succes van de XR750 racer heeft Harley-Davidson een nieuwe motorfiets opgehangen; de Sportster XR1200 wordt voorgesteld als geïnspireerd op de racerij en vanuit de verte kan je inderdaad optische gelijkenissen tussen de XR750 en de XR1200 ontdekken. Kom je dichterbij dan merk je dat de XR1200 uitgerust is met voor de Sportster serie echt wel opmerkelijke componenten: een upside down voorvork, dubbele remschijf voor met vierzuiger remklauwen, een uit de kluiten gewassen aluminium achterbrug… Inderdaad, je zou bijna denken dat je voor een Buell staat in plaats van voor een Sportster!
De lijnen van de XR1200 blijken heel wat motorrijders wel te bevallen. Zelfs motorrijders met (zacht uitgedrukt) totaal geen affectie met het merk Harley-Davidson kwamen spontaan met lovende woorden voor de esthetiek van de XR1200 over de brug. Sportief, voornaam en zeker niet zonder charme was het oordeel van de motorrijders die we te spreken kregen en daar konden we ons alleen maar bij aansluiten. Op gebied van afwerking is er duidelijk heel wat moeite gedaan om het geheel een sportief en gelikt voorkomen mee te kunnen geven. Zo is het gehele uitlaatsysteem voorzien van covers waardoor het uiterlijk van het systeem perfect past bij dat van het gepoederlakte motorblok. Jammer is echter dat men enkele zaken over het hoofd heeft gezien: zo blijkt de vorm van de uitlaatdempers achteraan ideaal om regenwater mee op te vangen wat zowel voor roestvlekken als bekommernis zorgt; wat is de schade die het vocht -dat duidelijk in de dempers doordringt!- aanricht op lange termijn?
Ook de afwerking van de bout waarmee de bovenste balhoofdplaat vast zit aan de stuuras is beneden elk aanvaardbaar peil; het contrast is ronduit schrijnend als men de mooi gevormde balhoofdpartij in ogenschouw neemt. En dan zijn er de achteruitkijkspiegels. Die krijgen van ons een aparte vermelding omdat het de eersten zijn die erin slagen om ons een uitstekend zicht te verschaffen op de rug van onze handen. Je houdt het niet voor mogelijk hoe weinig je in die spiegels van het achteropkomende verkeer kunt zien!
Smal gebouwd en voorzien van een zadelhoogte van om en bij de 74 centimeter; je moet geen volwassen beuk, olm of eik zijn om met deze twin om te gaan. De afstand tot het stuur is relatief kort en ook de vorm van het stuur komt heel natuurlijk op de bestuurder over. De voetsteunen bevinden zich op een plaats die een aanvaardbare beenhoek mogelijk maakt. Jammer is echter dat indien je je voeten op de juiste manier op de steunen zet je rechter enkel nadrukkelijk in contact komt met de beugel waarop de achterrem zit gemonteerd. En dat gaat op de duur vervelen onderweg; je krijgt het gevoel asymmetrisch op de motor te zitten en dat wekt wrevel op. Iets waar we ook dienden aan te wennen was het feit dat de brandstoftank achteraan zo smal is dat we hem niet moeiteloos tussen de dijen konden klemmen zoals bij motoren gebruikelijk is. Meteen het gevoel krijgen écht één te zijn met deze XR1200 was dan ook voor ons niet weggelegd. Maar alles went, zelfs aan de gretige blikken van de omstanders stoorden we ons na verloop van tijd niet meer… als er maar een naam op staat van een merk dat ze kennen; meer heeft men blijkbaar niet nodig om zijn oordeel over een motorfiets te vellen.
Ermee rijdend leer je echter pas echt de inborst van een motorfiets kennen. De 1202 cc metende tweecilinder die in de XR1200 steekt heeft dan wel een lange slag (88,8 x 96,8 mm), hij draait in tegenstelling tot wat je aan de hand van die informatie zou mogen verwachten héél graag hoge toeren. Het blok pikt mooi op vanaf vrijloop en sleurt –met een door de mens bevattelijke kracht- in één ruk door naar 7.000 toeren, het moment waarop de motor in "het rood" gaat. Hoeveel vermogen de twin afgeeft wil men bij Harley-Davidson niet meteen aan onze neus hangen maar wel afficheert men 100 Newtonmeter koppel bij 3.700 toeren per minuut. Voeg daarbij dat de praktijk aantoont dat er heel vroeg heel veel koppel vrijkomt en je weet dat deze krachtbron een heel eigen karakter heeft. Het is dus niet meer zo dat de prestaties van een Sportster synoniem zijn voor een schrijnend gebrek aan vermogen; deze XR doet de tweecilinder krachtbron de eer aan die ze al altijd verdiende.
Schudden en beven; de oude Sportsters konden er wat van. Op de XR1200 rijdend krijg je echter geen gratis massagebeurt, de motor voel je wel werken maar storend wordt het nooit. De in rubber opgehangen krachtbron doet echt opvallend rustig zijn werk en kan daarbij rekenen op een goed doseerbare koppeling en een versnellingsbak die zich correct laat schakelen. Veel bedieningskracht heeft de versnellingsbak niet nodig om van verhouding te veranderen en de lengte van de schakelwegen doen ronduit Europees aan; zelfs opschakelen zonder koppeling lukt doch vergt meer aandacht dan je er normaliter aan besteed. Met een krachtbron die gezegend is met zowel een mooie koppelkromme als een zes verhoudingen tellende versnellingsbak kies je zelf welk motorkarakter je uit de kast haalt. Opschakelen bij het toerental dat je verkiest en dat bij de stemming van het moment hoort… je kan er alle kanten mee uit en altijd gaat de zaak meer dan voldoende vooruit. Schakellui rijden is dan ook niet moeilijk en vinnig de laatste toeren uit de twin wringen kan moeiteloos van zodra de omstandigheden dat toestaan. Wacht met dat wringen wel tot je voldoende ruimte hebt, want deze XR trekt echt sportief en overtuigend van leer als je hem daarom vraagt.
Het is des te meer jammer dat we over de remwerking van de XR1200 niet onverdeeld gelukkig zijn. De achterrem doet zijn werk zonder meer, maar de voorrem –degene die op een sportmotor het leeuwendeel van het remwerk pleegt te doen- is er eentje die we graag nooit meer tegenkomen. Versta ons niet verkeerd, te weinig remkracht heeft de voorrem niet, maar wat betreft doseerbaarheid hebben we nog maar zelden zo'n slechte prestaties genoteerd. Om remkracht te verkrijgen moet je echt heel krachtig in het remhendel knijpen en dan grijpen de blokken abrupt aan. Wie iets van remmen afweet beseft meteen wat hier aan de hand is; de verhouding tussen de componenten klopt niet: de diameter van de rempomp is te groot. Gemakkelijk te verhelpen maar niet leuk als je dat op een nieuwe motor moet doen om goede remmen te bekomen… Een sportief gelijnde tweecilinder met een cilinderinhoud van 1200cc en een drooggewicht van 250 kilogram moet in staat worden geacht om scherp stuurwerk toe te laten. De XR1200 –met een stamboom die tot een succesvolle racer teruggaat- laat zich inderdaad snel van koers veranderen en legt zich graag op één oor om vloeiend de bocht door te komen. Jammer is dat hij dat niet geheel neutraal doet; je voelt altijd onderstuur, zeker als je op de apex aangekomen ook nog eens het gas openzet om uit te accelereren. Aangepaste lijnen rijden is hier de oplossing maar toch hadden we graag de XR1200 geheel neutraal zien sturen; met enkele kleine aanpassingen moet dat zonder meer mogelijk zijn en het zou het rijplezier –vooral bij opeenvolgende bochten- zeer zeker ten goede komen.
De XR1200 stuurt strak en rijdt ook voorbeeldig rechtdoor op goede wegdekken. Eens de staat van het wegdek minder goed is wordt niet alleen het geboden comfort merkbaar minder maar ook de koersvastheid. De boosdoeners zijn de veersystemen die wat betreft ingaande demping te hard staan afgesteld om pittige oneffenheden te kunnen uitfilteren. Aangezien enkel de veervoorspanning van de stereovering achter instelbaar is is dat euvel niet snel en eenvoudig te verhelpen. Op betonbanen kijk je dan ook best de kat uit de boom; met een motor met onderstuur die door een harde ingaande demping naar buiten dribbelt ga je maar beter niet languit in een snelle bocht liggen… De XR1200 is wat ons betreft zeker geen onverdeeld succes; de remwerking vooraan kan stukken beter, de vering gaat ook niet vrijuit en het uitlaatsysteem baart ons echt wel zorgen. En die achteruitkijkspiegels? Die gooi je er beter meteen af en vervang je door exemplaren met langere armen… Jammer genoeg zijn dat allemaal zaken die gemakkelijk te verhelpen zijn bij het ontwikkelen van de motor. Het lijkt wel of men maar weinig aandacht heeft besteed aan de wensen van de Europese motorrijders die -in regel- zaken zoals remmen en vering belangrijker vinden dan een cover over de uitlaatbochten monteren. En toch hebben we maar wat graag met de XR1200 gereden. Het geluid dat de twin maakt is hartverwarmend, de motorprestaties zijn dik in orde en de sfeer die om het geheel hangt is er eentje van degelijkheid. Kan je nagaan wat een fijne motor dit zou kunnen zijn mochten bovenstaande details worden verholpen… Voor 10.995 euro zou je dan een motor kopen waarmee het uitstekend leven is; zelfs al ben je van de veeleisende motorrijders soort.