Skye (deel 4)

Share

Wie Schotland zegt, zegt whisky. Ook op het eiland Skye wordt natuurlijk een heel bekende whisky gestookt, die zijn weg over de aardbol gemakkelijk blijkt te vinden. Uiteraard konden we niet aan de verleiding weerstaan om even een kijkje te gaan nemen op de plaats waar die whisky gemaakt wordt en zo gingen we op pad om in het schilderachtige Carborst, op het einde van de wereld, het Talisker Distillery Visitor Centre te bezoeken.

Waar je op Skye ook naartoe wil,, maakt niet veel uit: steeds moet je de prachtige natuur van dit land trotseren om op je bestemming aan te komen. Omdat het nu de maand mei is, is dat op zijn zachts uitgedrukt een niet onaardige bezigheid. De felle zonnestralen hebben de sporen van de lichte regenbui die we vannacht het raam van onze kamer hebben horen strelen al lang doen verdwijnen. Op de blauwe lucht afgaand zou je vandaag zonder twijfel iemand kunnen doen geloven dat Skye niet voor de westkust van Schotland ligt, maar wel ergens in de Middellandse zee. Gelukkig zijn de temperaturen die er momenteel in het voorjaar heersen niet zo zuidelijk getint; een licht briesje zorgt ervoor dat het ondanks de stralende zon naar schatting ongeveer 20 graden moet zijn. Als dat geen ideale omstandigheden zijn om met de motor te rijden, dan hebben we het al jaren mis voorgehad… We nemen de A863 en vervolgens de B8009 om Carborst te bereiken. Net als alle andere wegen op Skye hebben ook deze wegen bepaald niet het formaat van een moderne autosnelweg, maar zijn het veeleer goed onderhouden secundaire wegen die af en toe wat smaller worden waar de aanleg ervan meer geld en moeite heeft gekost. De KTM Adventure 950 heeft er allemaal geen last van en draagt ons in zijn grootmoedigheid probleemloos door het schitterende heuvellandschap. Terwijl ik hem in de juiste richting stuur, merk ik echter een zekere onrust in zijn gedrag. Zou het mogelijk zijn dat hij aanvoelt dat we vandaag naar een plaats rijden waar de whisky letterlijk al deccenia rijkelijk vloeit en dat hij zich nu al zorgen maakt over de staat waarin zijn menner zal verkeren als we de terugweg aanvangen? Wellicht beeld ik het me allemaal maar in en wordt dat idee slechts veroorzaakt door de toverachtig mooie omgeving waardoor de weg zich naar Carborst slingert. Heuvel op en onmiddellijk daarna weer het dal in, steeds maar draaien en keren en elke keer weer worden we getrakteerd op prachtige vergezichten die hier al eeuwen op ons liggen te wachten. Je zou je als stadsmus voor minder gaan voorstellen dat de motor waarop je rijdt een autonoom denkend wezen is dat zelfs de gave heeft te filosoferen over wat de toekomst brengt …
Carborst blijkt bij onze aankomst een klein gehucht te zijn. Volgens de beschrijving die we van het internet haalden loopt de weg naar de Talisker stokerij dwars door het gehuchtje en stopt op de parkeerplaats van het gelijknamige bezoekerscentrum. Als we er aankomen kijken we over het idyllische Loch Harport uit. Misschien keek in 1825 een zekere Hugh MacAskill op dezelfde plaats als wij wel over het loch uit en krabde zich net als wij daarbij even in het haar. Maar die man kwam hier duidelijk wel met heel andere bedoelingen aan dan wij: samen met zijn broer was hij vanaf het eiland Eigg naar Skye gekomen en nam - terwijl zijn broer bankier werd in Portree - zijn intrek in het Talisker House, nabij het huidige Carborst. Dat was een voornaam huis in die tijden want voorheen was het altijd de verblijfplaats geweest van de oudste zoon van de Chief van de Macleod clan. Het had dus in haar geschiedenis veel vooraanstaande lieden over de vloer gehad. Maar dat even ter zijde. Hugh nam, meteen na zijn aankomst, de mensonterende taak op zich om de Talsiker eigendommen te ontdoen van de keuterboertjes die er sinds mensenheugnis hadden gewoond en begon er vervolgens op grote schaal schapen te kweken. Of het uit wroeging was dat hij in 1930 3.000 pond investeerde in een spiksplinternieuwe whiskystokerij zal wel in de mist van het verleden verborgen blijven, maar toch bouwde hij de stokerij en verleende kort daarna werk aan het grootste gedeelte van de plaatselijke bevolking. Dat de ondernemingszin van Hugh MacAskill niet bij iedereen in goede aarde viel werd meteen duidelijk toen de dominee verkondigde dat hij een duivelse onderneming had opgericht die de gemeenschap ten gronde zou richten. Die man kreeg echter helemaal geen gelijk, al kan je je voorstellen dat het drankgebruik in die gemeenschap daarna wel fors zal gestegen zijn; de Talisker Distillery heeft ondanks haar woelige geschiedenis tot nu toe werk verschaft aan de lokale bevolking en doet dat nog steeds, ook al is ze uiteindelijk in de handen gekomen van een groot bedrijf dat belangen heeft in wel meerdere whiskymerken.
We worden in het sfeervol ingerichte Talisker Distillery Visitor Centre vriendelijk ontvangen. Na een eerste kennismaking die beklonken wordt met een glaasje Talisker -hoe kan het ook anders?- krijgen we een aparte rondleiding. Dat gebeurt niet omdat we van de pers zijn, maar wel uit veiligheidsoverwegingen. Foto's maken kan in een alcoholstokerij namelijk héél gevaarlijk zijn omdat de kleinste vonk kan volstaan om de alcoholdampen die er hangen tot ontploffing te brengen. En dat dat nare gevolgen kan hebben weten ze bij Talisker maar al te goed: in 1960 brandde de stokerij volledig uit, waardoor enkel nog het huis van de manager en de burelen van voor die tijd dateren. Van die dramatische brand is nu echter geen spoor meer te bekennen. De stokerij draait al lang terug op volle toeren en de geur die het proces met zich meebrengt –en in alle delen van de stokerij hangt- is zwaar, zoet en allesdoordringend. Eigenaardig genoeg heeft die geur bijna niets te maken met die van het eindproduct, de befaamde Talisker whisky. Door onze gids worden we langs het productieproces geleid –passeren daarbij zowel roestvrijstalen als reusachtige houten vaten- en krijgen overvloedig tekst en uitleg over het hoe en het waarom van niet alleen whisky stoken, maar ook over alles wat met het verbruik van die bekende drank samenhangt.
Af en toe houden we halt om de details en de sfeer die er heerst in ons op te nemen en beelden te maken. Dat laatste mag alleen na een zorgvuldige meting van het gehalte alcoholdampen die er in de te fotograferen ruimte hangt. Vooral bij de prachtig gepoetste koperen controlekast waar de alcohol letterlijk ononderbroken in stromen passeert is het oppassen geblazen om geen fouten te maken. Gelukkig hadden we de gids bij ons en hield die alles nauwlettend in de gaten; zoniet waren we misschien wel met heel explosief beeldmateriaal naar buiten gekomen…
Wanneer we voor de grote koperen "stills" staan -de vaten waarin de alcohol wordt gedistilleerd- zijn we verbaasd over de functionele schoonheid die deze indrukwekkende constructies uitstralen. We lijken wel lilliputters die verdwaald zijn in een gigantisch labo dat beheerd wordt door een onzichtbare reus. Dat de aanwezigheid van die reus niet helemaal uit de lucht gegrepen is wordt ons duidelijk als we naast een antiek aandoende controlekast een hypermodern bedienings- en controlepaneel aantreffen. Inderdaad, ook hier houdt de computer een oogje in het zeil en helpt daarmee de mens om, ondanks een traditioneel proces, enkele héél fijne whisky's met constante kwaliteit te produceren. Omdat we onderhand wel het snobistisch gedrag van sommige "whiskykenners" kotsbeu zijn vragen we aan onze gids –die natuurlijk whisky ademt, proeft, drinkt, denkt, spreekt en leeft- om advies over enkele van hun beweringen. We vragen hem onder andere wat de ideale gebruikstemperatuur is, of er al dan niet ijs of water mag in gemengd worden en of dat water inderdaad best uit de bron komt waaruit geput wordt om de whisky te maken. Geamuseerd kijkt de Schot ons aan en geeft met pretlichtjes in zijn ogen toe dat er inderdaad door sommige "kenners" nogal wat indianenverhalen opgedist worden over het gebruik van whisky. Zijn antwoord op al onze vragen is kort en héél eenvoudig te begrijpen: een whisky drink je zoals je dat zelf wilt, zolang je er maar voor zorgt dat je er plezier aan beleeft. Wil je water bij de whisky voegen -of ijs- dan gebruik je daarvoor best mineraalwater van een goede kwaliteit omdat leidingwater te veel toegevoegde producten bevat die de smaak kunnen aantasten. Alle andere poespas die verteld wordt berust volgens hem op verzinsels, slechte marketing rond het product en snobisme… Een antwoord dat alleen maar van een rechtgeaarde Schot kan komen: de meesten zijn nu eenmaal meesters in het logisch denken. Tenminste, diegene die wij tot nu toe zijn tegengekomen.
De laatste halte van ons bezoek aan het Talisker Distillery Visitor Centre is de opslagplaats waar de whisky in eiken vaten ligt opgeslagen om te rijpen. In het schermerlicht zien we er honderden whiskyvaten liggen en op de voorgrond wordt dat tafereel nog versterkt door een stilleven van oude gebruiksvoorwerpen uit de vatenmakerij. Plots wordt het besef van de voortschrijdende tijd eventjes bijna zo goed als voelbaar. Sommige van die vaten zullen volgens onze gids slechts binnen meer dan 10 jaar hun inhoud prijsgeven aan de flessen waarin de whisky naar onbekende bestemming zal vertrekken. Nog later zal één van die flessen in Boston, Hong Kong, Cairo of Gent geopend worden, maar waar dat gebeurt maakt niets uit; de drinkers van de inhoud kunnen er volgens onze gids alleen maar écht van genieten indien ze zich volledig ontspannen en er echt de tijd voor nemen om de Talisker te proeven zoals het hoort: met een open vizier de wereld bekijkend en de zorgen van de dag achter zich latend… Inderdaad, ook dit laatste kon enkel maar een échte Schot verzinnen die zijn hart en zijn leven schijnbaar onvoorwaardelijk heeft verpand aan het maken én het drinken van prestigieuze kwaliteitswhisky's…
Jammer genoeg gaat whisky drinken en motorrijden helemaal niet samen –tenminste, niet als je beide geneugten binnen een beperkte tijd wilt combineren- dus slaan we de uitnodiging van onze gids af om samen met hem de verschillende soorten Talisker te proeven en stappen we bloednuchter over de drempel van het Talisker Distillery Visitor Centre terug de wereld in. De KTM Adventure 950 staat er ons in de felle namiddagzon schaamteloos aan te gapen en kijkt ons streng en onderzoekend aan als we er aan komen. Hij taxeert ons vrank, en duidelijk zonder schroom, maar prijst ons na een diepgaand onderzoek voor de zelfbeheersing die we aan de dag hebben gelegd bij ons bezoek aan de stokerij. Hij is merkbaar opgelucht over het feit dat hij door een nuchtere chauffeur door het land zal gestuurd worden op de terugweg naar huis. En gelijk heeft hij; je zou als motor voor minder een zucht van verlichting slaken wanneer je, net als de KTM, weet wat je te wachten staat: smalle kronkelende wegen, vergezichten die je om de haverklap de adem doen stokken en een lucht die zo puur is dat je er volop kunt van genieten zonder er na verloop van tijd doodziek van te worden. Met de lucht van de Talisker whiskystokerij nog in onze longen speelt dat laatste nu eventjes niet echt een belangrijke rol. Iedereen weet toch dat whisky een uitstekend ontsmettingsmiddel is… of niet soms?
Maar genoeg geleuterd over sterke dranken, woeste heuvellandschappen, mysterieuze loch's en hun onafscheidelijke geschiedenis. De lucht ziet er veelbelovend uit en in ons logement aangekomen hebben we nog één en ander te doen. Morgen verhuizen we namelijk naar Broadford en staat er niet alleen een boottochtje op het programma, maar bezoeken we in de buurt ook nog eens een smid die naar verluid nog échte, gebruiksklare, middeleeuwse zwaarden maakt. Inderdaad, op Skye zal je je niet snel vervelen…

Met dank aan de Schotse dienst van Tourisme en KTM voor hun steun bij de uitvoering van dit project. Nuttige links: Schotse dienst van Tourisme: www.visitscotland.com/be Skye: www.skye.co.uk Britse dienst van Tourisme:www.visitbritain.com/be